Aangezien 8 december een feestdag is, verwachtte ik dat er in de binnenstad wel iets te doen zou zijn, al was het maar een processie. Groot was dan ook onze teleurstelling toen we na een kleine wandeltocht in het centrum terecht kwamen: behalve een kudde padvinders was er geen kip. Wel was er een kraam die gepofte kastanjes verkocht, dus die hebben we genuttigd op een bankje met uitzicht op zee.
Een lege stad heeft altijd iets treurigs: je ziet spontaan dat er links en rechts wel een verfje op mag, en dat het winkelaanbod uiteenvalt in drie categorieën: allegaartje-winkels met spullen die er ogenschijnlijk al een jaartje of twintig liggen, winkels met urdinaire toeristenmeuk en winkels uit het hoge segment, duidelijk gericht op de oudere, kapitaalkrachtige, Britse toerist. Oh, en 3 apotheken binnen 50 meter. Ik werd er een beetje verdrietig van. Uiteindelijk vonden we toch nog een oorspronkelijk Madeirens warenhuis, een soort mini-Bijenkorf.
Na 2 rondjes centrum besloten we maar weer terug te keren richting hotel en de volgende dag weer een poging te wagen. Die middag hebben we thee gedronken bij een pastelaria (eigenlijk een konditorei, wij zouden dat waarschijnlijk een lunchroom noemen), waar we wat fijne, typisch Portugese, hapjes genuttigd hebben, zoals de Pastel de Nata.
’s Avonds was er in de wintertuin van het hotel een film te zien over wat er in Madeira allemaal te zien en te beleven is en aangezien wij alles in omgekeerde volgorde doen, was het voor ons een leuke gelegenheid om, onder het genot van een spannende straigh edge cocktail, eens te kijken of we de “highlights” al gezien hadden. Dit bleek achteraf gezien geen slechte zet, want uit de film bleek dat het museum voor religieuze kunt vól interessante werken (voor de kenners: Vlaamse meesters!!!) zat die ik natuurlijk móest zien!
Geen opmerkingen :
Een reactie posten